tuinhieren_10_bloemenweide.jpg

#TUINHIEREN Afl 10 – De bloemenweide of -strook

don 14 mei 2020

Bloemenweiden zijn er in soorten en maten. Er zijn er met hoge en wilde bloemen of juist lage en delicate variëteiten. We zijn benieuwd welke bloemenweide de voorkeur geniet van Mark en hoe je dit ook in je eigen tuin kan realiseren.

 

Wat heb je nodig?

            - zadenmengsel

            - hark

            - zand

            - jute

Hoe ga je tewerk?

Een bloemenweide is eenmaal in volle bloei een prachtig, vrolijk gezicht.

Zelfs als je maar enkele vierkante meters ter beschikking hebt, bijvoorbeeld als rand van een goed onderhouden gazon, heeft ze een grote impact.

De veelkleurige bloemen zijn niet alleen aantrekkelijk voor ons, ook allerlei bestuivers en vlinders worden er blij van.

Er zijn allerlei mengsels te koop: met grassen en doorlevende wilde bloemen (hoog of laag) voor mensen die dat als alternatief willen voor hun gazon, of eenjarige bloemenmengsels met klaproos, kamille, goudsbloem, ganzenbloemen, kaasjeskruid, korenbloemen enz…

Uiteraard houden bloemen van een standplaats in de zon. De bodem is best niet te zwaar en voedselrijk. Goed losmaken en de bovenlaag goed verkruimelen.

De mengsels die je in de handel vindt zijn alvast samengesteld voor een optimaal resultaat. Een goed mengsel bestaat uit veel verschillende soorten. Deze periode is optimaal om te zaaien. Vanaf eind juni/begin juli zal de bloei beginnen en doorgaan tot aan de eerste vorst.

En het beste is: nu zaaien is het enige wat je moet doen. Laat de natuur zijn gang maar gaan, een bloemenweide redt zichzelf.

Algemene vuistregel: 1 – 1,5 g per vierkante meter. Dat lijkt niks, maar in 1 g zitten bijvoorbeeld al 200 korenbloemzaden of tot wel 9000 klaprooszaadjes. Dus: niet te veel zaaien, anders krijgen alleen de snelgroeiende soorten een kans en worden de andere weggeconcurreerd.

Gelijkmatig zaaien is een uitdaging. Om je daarbij te helpen kan je de zaadjes goed mengen met zand. Zo heb je meer volume en zie je gelijk goed waar je gezaaid hebt.

 

Na het inzaaien gaan we het zaad oppervlakkig inharken. Zorg ervoor dat de zaden niet te diep komen te liggen. Daarna met een rol of een plank aandrukken.

De grond moet vochtig zijn tijdens het zaaien en moet ook de eerste weken erna vochtig gehouden worden. Afdekken met natte jute kan voorkomen dat de toplaag uitdroogt.

Die moet natuurlijk wel verwijderd worden als de zaden beginnen kiemen!

Deze mengsels zijn geselecteerd op een uitbundige en langdurige bloei.

In het najaar, als de bloei voorbij is, kan je de strook maaien.

Laat het maaisel nog enkele dagen liggen op de plaats zelf, zodat de zaden vrijkomen voor volgend jaar. De volgende lente bewerk je de grond lichtjes en zaai je eventueel wat extra zaad bij. Na 2 – 3 jaar is het meestal nodig om gewoon eens opnieuw te beginnen, omdat onkruiden toch vaak de overhand gaan nemen.