Regionaal Landschap Pajottenland & Zennevallei beloont landbouwers die in de bres springen voor akkervogels. Laten de boeren hun graan- of maïsstoppel tijdelijk onbewerkt, dan krijgen ze een vergoeding.
Boeren in de bres voor akkervogels: "Voedsel, dekking en geschikte broedplaatsen in de lente"
De geelgors en de patrijs, typische akkervogels, hebben honger en zoeken nestgelegenheid. Daarom zoekt Regionaal Landschap Pajottenland & Zennevallei boeren. "Zij die hun graan- of maisstoppel een half of volledig jaar onbewerkt willen laten liggen ontvangen een vergoeding van 750 euro per hectare of 1500 euro per hectare", klinkt het bij het Regionaal Landschap. "Een stoppelveld is belangrijk omdat akkervogels hier in de winter voedsel en dekking vinden en in de lente geschikte broedplaatsen."
Volgens het Regionaal Landschap doet een jaar of een half jaar rust de bodem goed en zo krijgen bijvoorbeeld loopkevers, een natuurlijke plaagbestrijder, de kans om te overwinteren. "Tijdens het vroege voorjaar kan de stoppel ook dienen als afleidingsperceel om vogels weg te lokken van kiemplantjes op de nabijgelegen akkers", zegt Regionaal Landschap Pajottenland & Zennevallei.
Het Regionaal Landschap heeft nog een vergoeding in petto voor landbouwers die een graanrand niet oogsten. "Hiervoor ontvang je 2000 euro per hectare. Een graanrand bewijst zijn nut, want tijdens de herfst en winter levert die voedsel aan akkervogels, en in het bijzonder aan geelgorzen", klinkt het. "Het inzaaien van een graanrand vergt bovendien geen extra inspanningen, want die kan tegelijk met de inzaai van een perceel als geheel kan gebeuren."
Let op, de vergoedingen zijn voorzien voor akkerbouwpercelen gelegen in of nabij de beheergebieden voor akkervogels.