solidariteitsactiegaza.jpg

Solidariteitsactie voor Gaza oogst kritiek: “Bonte zou zich beter bezighouden met de problemen van onze stad”

zon 3 dec

Omdat de oorlog in de Gazastrook meer en meer slachtoffers eist, organiseerde stad Vilvoorde zaterdag een solidariteitsactie onder de luifel van de Grote Markt. Aan de hand van foto’s werd door de jongeren van Youth4Palestine ook telkens een verhaal van voor en na de oorlog getoond. Oppositiepartij N-VA heeft kritiek op het evenement.

Het stadsbestuur van Vilvoorde veroordeelt elke vorm van geweld tegen onschuldige slachtoffers. Daarom wappert sinds vrijdagavond 1 december de vredesvlag en de vlag van ‘Mayors for Peace’ wluifel van de Grote Markt. Dat blijft zo tot en met maandagochtend 4 december. “Als democratisch bestuur moeten we met zijn allen blijven ijveren voor vrede en voor respect voor het humanitair recht”, zegt burgemeester Hans Bonte. “Dit is ook de reden waarom ik als burgemeester een oproep heb gedaan aan het netwerk van Mayors for Peace om de lafhartige aanslag van Hamasterroristen en de blinde mensonterende represaille door het Israëlische leger onvoorwaardelijk te veroordelen en te pleiten voor een staakt het vuren en vrede.”

Zaterdagmiddag werd iedereen uitgenodigd voor een serene solidariteitsactie. Eerst spraken het stadsbestuur en de organisaties een woord van vrede, respect en solidariteit uit. Daarna kon iedereen de installatie ‘Deuren naar vrede’ vrij bezichtigen. Aan de hand van zes units met foto’s, getuigenissen en informatie wilden de jongeren van Youth4Palestine sensibiliseren over de oorlog. Oppositiepartij N-VA uitte heel wat kritiek op het evenement. Het spreekt van een ‘pro-Palestinabetoging van Bonte’.

“Er gaat niets in het Midden-Oosten veranderen, omwille van wat de burgemeester hier op de Grote Markt gezegd heeft”, zegt Assita Kanko, lijsttrekker voor N-VA bij de komende gemeenteraadsverkiezingen. “Hij zou zich in ieder geval beter bezighouden met de problemen van onze stad. Er zijn er meer dan genoeg. Zo verdient onder andere ons veiligheidsbeleid veel meer aandacht.”